Een stilleven is, zoals de naam al zegt, een weergave van een stilstaand stukje uit het dagelijks leven. De objecten die te zien zijn kun je vaak, maar niet altijd, herkennen uit het dagelijks leven. Stillevens komen in schilderijen, maar ook in tekeningen en foto’s. De oorsprong van dit genre ligt in de 16e eeuw en was populair door heel Europa, maar vooral in Nederland kent het stilleven een rijke geschiedenis.

Het stilleven als genre

Stilleven als genre

In de 16e eeuw werden stillevens gebruikt als oefening voor schilders in opleiding. Zo konden zij werken aan een natuurgetrouwe weergave en stofuitdrukking. Hierbij wordt er aandacht geschonken aan het gedetailleerd weergeven van texturen en oppervlaktes. Het duurde lang voordat het genre werd gewaardeerd op de manier waarop we dat vandaag de dag doen. De interesse voor stillevens hing samen met het feit dat er in de 17e eeuw meer vraag kwam naar genre- en historiestukken en werken waar de natuur en kostbare voorwerpen in het middelpunt stonden. Stillevens werden geschilderd in een groot deel van Noord-Europa, bijvoorbeeld in Engeland en Frankrijk. De schilders in Vlaanderen beïnvloedden de Nederlandse schilders. In Haarlem, om precies te zijn. Hier kwam meer aandacht voor stillevens en schilders Pieter Claesz en Jan Claesz Heda maakten zich het afbeelden van stoffen, glazen en lichteffecten op zilverwerk meester. De schilders specialiseerden zich in zogenaamde “ontbijtjes” of “banketjes”, waarop etenswaren te zien zijn die je veelal tijdens het ontbijt opeet, zoals melk, kaas en brood. En zo was daar het begin van stillevens als echt genre.

De populairste stillevens

Vanitas stilleven

Er was een enorme vraag naar deze werken en het aantal schilders groeide mee. De schilders specialiseerden zich in verschillende type stillevens. Zo werden er na 1650 pronkstillevens geschilderd, veel minder sober dan de ontbijtjes, met donkere kleuren, weelderige vruchten en exotische objecten. Jachtstillevens werden populair, net als bloemstillevens en vanitas-stillevens.

Stillevens laten vaak techniek zien. Vooral in Nederland waren de schilders goed in het weergeven van glanzende oppervlakken, luxe stoffen en andere texturen. Dit is goed terug te zien in de jachtstillevens en pronkstukken, waar verschillende soorten objecten getoond worden, zoals kristallen en zilverwerk, maar ook dieren, bloemen, dranken en stoffen — een rijk scala aan verschillende texturen en de schilders wisten deze allemaal af te beelden alsof je ze zo aan kon raken en op kon pakken. Hetzelfde geldt voor vanitas-schilderijen, alleen laten deze wat duistere objecten zien, zoals schedels en gedoofde kaarsen. Tenslotte waren bloemstillevens heel populair. In het begin werden er veelal individuele bloemen geschilderd, maar al snel werden dit weelderige en asymmetrische boeketten. Zo kwam er meer aandacht voor lichtinval en dieptewerking. Deze stillevens waren duur, omdat bloemen in die tijd zeldzaam waren en er veel techniek kwam kijken bij het schilderen van bloemstillevens. Schilders die technisch en vaardig genoeg waren om de bloemen realistisch weer te geven werden geloofd door heel Europa.

De verborgen boodschap

Naast techniek is er in stillevens heel veel symboliek te ontdekken. De sobere ontbijtjes bevatten een calvinistische waarschuwing tegen overdaad en luxe. De vanitas-stillevens laten de vergankelijkheid van het leven zien: rijkdom en overvloed zijn niet belangrijk wanneer je overlijd, daarom moet je de dood altijd in het achterhoofd houden, dit noem je “memento mori”. Waar sommige dingen voor de hand liggend kunnen zijn, zijn sommige voorwerpen juist dubbelzinnig. Een vrucht kan voor allerlei dingen staan. Een vrucht vergaat snel, dus zou het bij de vanitas voorwerpen kunnen passen. Een vrucht kan ook voor vruchtbaarheid staan, een bijbels verhaal representeren of rijkdom symboliseren. Dit laat wederom zien dat de compositie in een stilleven uitermate belangrijk is. Elementen hangen met elkaar samen en geven de kijker een waarschuwing of boodschap. Soms kan het zelfs een compleet verhaal bevatten. Dit is wat stillevens uitermate interessant maakt: hoe langer je kijkt, hoe meer je kan ontdekken.

Een stilleven in je woonkamer

Stilleven in je woonkamer

Zoals je ziet, kun je met een stilleven alle kanten op. In de 17e en 18e eeuw waren de stillevens traditioneel, maar was er al ook een breed spectrum aan kleurrijke, donkere, sobere of weelderige stillevens. Tegenwoordig worden er nog steeds stillevens gemaakt. Bij deze stillevens zie je ook invloeden van andere kunststromingen. In de 20e eeuw was er namelijk een grote opkomst van postmoderne stromingen. Er werd geëxperimenteerd met vorm en kleur. Stillevens werden niet meer zo conventioneel afgebeeld, maar nog steeds werd er veel aandacht besteed aan de compositie en de lichtinval. Schilders uit de 19e en 20e eeuw lieten stromingen als kubisme en impressionisme terugkomen. Tegenwoordig zien we zoal hyperrealisme en surrealisme in stillevens terug. Daarnaast bevatten de stillevens nog steeds boodschappen. Deze kunnen traditioneel zijn, maar vandaag de dag kunnen dit ook kritische boodschappen zijn die de hedendaagse maatschappij een spiegel voorhouden. Het is niet meer zo vanzelfsprekend dat een stilleven geschilderd is, het wordt steeds populairder om foto-stillevens in je huiskamer op te hangen.

Een stilleven kan saai lijken op het eerste gezicht, het zijn uiteindelijk alleen maar alledaagse, levenloze objecten waar je naar kijkt. Toch zit er veel meer achter dan je zou denken. Nederlandse schilders zijn wereldberoemd geraakt dankzij hun natuurgetrouwe weergave in schilderijen en dit bewijst dat deze levenloze objecten soms juist tot leven kunnen komen op het doek. Daarnaast worden er tegenwoordig originele werken gecreëerd door met ouderwetse conventies te spelen of deze helemaal los te laten. Of je nu een ouderwets een modern stilleven of er zelf een schildert, ze zijn er in alle vormen en maten, kleuren en stijlen. Zo passen ze in iedere interieur en is er voor ieder wat wils.